Derde week in aantocht
Door: Lise
Blijf op de hoogte en volg Lise
26 September 2013 | Jordanië, Amman
Ik ben nog niet zover opgeschoten met mijn square, maar dat heeft de goede reden dat er elke keer wat gevonden moet worden. Dit neemt veel tijd in beslag. Heel verschillend met Israël. Sowieso zijn er veel verschillen. In Israël werken we onder tenten, met mensen die (goed) Engels spreken en waar je dus goed kunt uitleggen wat en hoe verder te gaan, we hebben iemand om de vondstkaartjes te schrijven en de data in te voeren (op de Ipad), iemand die hoogtemetingen doet, mensen die tekenen… Hier in Jordanië werken we in de volle zon, met mensen die een paar woordjes Engels spreken (ik heb het geluk een voorgraver te hebben die enigszins Engels kan en ook goed weet wat hij moet doen), we moeten zelf de vondstkaartjes uitschrijven, data opschrijven in de formulieren, hoogtemetingen doen en tekenen. En als ik zeg hoogtemetingen dan bedoel ik niet met een technisch hoogstaand apparaat. Nee, we doen het ouderwets. Een draadje wordt aan het hoekpunt van ons square gebonden, deze trekken we richting de plek waar de vondst ligt, met een kleine lijnlevel houden we het waterpas terwijl we met een duimstok de hoogte op meten. Vervolgens pakken we een lange meetlint die we vanaf twee verschillende squarelijnen (bijv. de noord en de oostlijn) uitrollen en afmeten. En dan heb je de x,y,z coördinaten… Je kunt wel na gaan dat als je veel vondsten vind en elke keer dit hele proces door moet… Nou ja, daarom duurt het bij mij dus iets langer. Ik heb een paar leuke vondsten gedaan. O.a. een ring, een aardewerken beeldje, drie geweien (van herten, vrij ongewoon) en een aantal grote scherven waarvan we denken dat ze aan elkaar passen maar dat moeten we nog proberen. Oh, en weefgewichtjes. Het houd me in ieder geval bezig. :) Hoewel ik nu wel iets meer doe dan in 2010 toen ik in Jordanië aan het graven was. Dit kan komen door het feit dat we in plaats van drie, nu twee werkers elk hebben. Een voorgraver die goed weet wat hij moet doen en ook veel ervaring heeft (de meeste zelfs meer dan wijzelf) en een jonger iemand die de aarde wegsjouwt en allerlei minder belangrijke klusjes doet.
Het weer wordt steeds dragelijker hier. Het is nu niet meer zo klam en benauwd. Eerst was het zo erg dat je ’s ochtends wakker werd met een doorweekt laken en kussen en de haren in je nek waren bijna de hele dag nat van het zweet. Nu gaat het al een stuk beter. Ik weet niet of dat ligt aan het feit dat ik nu ’s nachts mn deur een stukje open laat staan. Het wordt echter ’s nachts wel steeds frisser dus ik weet niet hoelang ik dat nog blijf doen. Gelukkig heb ik toch een korte broek en wat hemdjes in mn tas gegooid, want in het huis zelf mogen we gewoon in weinig kleren rondlopen. Daardoor is het ook beter uit te houden. Op de tell zelf is het werken nu ook prettiger. We hebben regelmatig wolken waardoor we niet in de felle zon werken. Ook hebben we een lekker briesje en af en toe zelfs veel wind. Dat laatste is niet echt handig en prettig want de site is bedekt met fijn zand en iedereen wordt dus gezandstraald, vooral als iemand naast je aan het vegen is. Een douche wanneer we terugkomen van de site is dus nog steeds erg prettig.
De dagen zijn aardig gevuld. We gaan om half zeven weg waardoor we tegen zeven uur bij de militaire post zijn (we moeten onderweg eerst de vertegenwoordigster van het Departement oppikken). Hier komt dan het dagelijkse gesteggel of we wel of niet door mogen. Hoelang we hier staan hangt af van de snelheid waarmee de hoe pief zijn telefoon opneemt om toestemming te geven. En net hoe hun pet staat… Om half tien ontbijten we. Hiervoor moeten we de tell weer af naar beneden om in de schaduw van de (spaarzame) bomen te zitten. En die tell op en af is niet zo geweldig. Het is vrij steil en hoog met losse grond waardoor het zowel lastig als beetje gevaarlijk is. En je voelt je kuiten goed. Maar voor wat schaduw hebben we wel iets over. Om tien uur gaan we dan weer aan het werk. En dan werken we tot 12 uur of half 1, dit hangt af van de temperatuur en hoeveel wind er staat.
Deze dinsdag (de 24e) liep het allemaal een beetje raar. We hadden vrij veel bewolking, maar ook al vroeg een vrij stevig briesje. Het zand vloog in het rond en kwam in je ogen en in je mond… het was dit keer echt lastig om door te werken. De werkers kregen zelfs om kwart over tien weer een korte pauze om bij te komen. Om half elf besloot Lucas die dag om 11 uur te gaan stoppen omdat het gewoon niet goed werkte zo. Dus wij dachten een lekkere lange middag te hebben…. Tot we bij de militaire post aankwamen. Die ochtend had er al een nieuwe soldaat gezeten met een hogere rang, blijkt de nieuwe lokale baas hier te zijn die nog niet helemaal wist wat we deden enzo. Dus toen we wegwilden mochten we eerst niet weg. Hoop gedoe en gevraag en toen werd die nieuwe baas opgebeld waarna we moesten wachten tot hij kwam. Het kon zo’n anderhalf tot twee uur duren zeiden ze… gelukkig duurde het niet zo lang. Na bijna een uur wachten vonden de soldaten dat de werkers wel vast weg mochten gaan, de vondsten stonden namelijk in onze auto en daar was het ze om te doen. De werkers bedachten dat wij, de Hollanders, dan wel in het busje mee mochten dan zouden een aantal werkers blijven bij Lucas en de vertegenwoordigster. Niet dus. Dat mocht niet, de Hollanders moesten blijven. Dat leverde weer wat gedoe op want Michel rijd altijd mee met de werkers omdat we er niet allemaal inpassen, maar hij is ook Hollander dus moest eigenlijk blijven. De werkers gingen toen protesteren en zeiden dat als wij moesten blijven dan zouden ze allemaal blijven. Ik denk dat ze daar niet zo blij van werden dus toen mochten Michel toch mee zolang wij maar bleven. Dus zij allemaal instappen, een paar meter verder rijden en toen stopten ze aan de andere kant van de grens om daar weer uit te stappen. De soldaten waren daar niet zo blij mee maar gelukkig kwam op dat moment hun baas eraan. Deze keek even snel in de emmers met de vondsten maar vond het duidelijk maar een vies en raar gedoe en zei toen al snel dat we onze paspoorten terug mochten krijgen en dat we door mochten. We moeten alleen wel elke dag de soldaten de emmers en zakjes laten controleren. Nou ja, dat is hooguit vijf minuten werk dus dat overleven we wel. Maar toen waren we uiteindelijk toch nog rond half één pas thuis.
’s Middags werken we vanaf ongeveer drie uur weer verder. Het ligt een beetje aan hoe laat we terug komen van de site. Meestal om half één dus dan gaan we om half vier onze scherven wassen. Wanneer deze gedaan zijn gaan we de scherven van de dag ervoor lezen. Dat houd in dat we kijken hoeveel randjes en bodems enz. ertussen zitten en uit welke periode en deze bewaren we dan en de rest gaat weg. Hierna schrijven we de scherven, waarbij elke scherf een eigen nummer krijgt. Dan hebben we de rest van de middag om alle data in de computer in te voeren, lijsten bij te werken, tekeningen afronden enzovoort. Tot een uur of half zeven, zeven uur, dan staat het avondeten klaar. Na het eten mogen we niet meer werken en zitten we meestal een poos te kletsen of een spelletje te doen. We gaan vaak rond half negen, negen uur naar onze kamer waar de één nog gaat lezen en de ander z’n bed al inkruipt. Het zijn dus vrij inspannende dagen.
Voor de avonden hoeven we gelukkig niet meer voor het eten te zorgen. Dat was in de eerste dagen dat we niets deden wel zo. En in de weekenden ook. Ook hebben we nu niemand die de lunch doet dus krijgen we als lunch ook brood en vaak wat restjes van het avondeten wat Mariette dan klaar maakt voor wanneer we terugkomen.
Nou, dat was het voor nu even weer. Twee weken zijn voorbij, morgen (25e) gaan we hier de derde week in. We werken tot en met de 10e oktober en hebben dan een paar dagen om de gegevens te verwerken. Dus nog 14 graafdagen te gaan (tenzij we natuurlijk weer niet naar binnen mogen…).
groetjes
Oke, nog even iets van de woensdag erbij. Vanochtend wilden we vertrekken toen er een extra man bij de werknemers bleek te zijn. De werknemers hadden al helemaal toestemming geregeld en zijn naam op de lijst laten zetten die naar binnen zouden gaan. We begrepen het eerst niet helemaal, maar als het goed is is deze man van de geheime (militaire) dienst en gaat hij mee om te rapporteren of de soldaten niets doen wat niet mag. Wij zagen het niet helemaal zitten maar goed, alles was al geregeld en je wilt ze toch niet tegen de haren strijken…. Wat dus natuurlijk bij de militairen wel het geval was. Iedereen de auto’s uit, alle tassen doorzoeken, lang wachten… uiteindelijk konden ze het niet langer rekken toen de baas er ook was. Dus nu worden we niet alleen gecontroleerd wanneer we het gebied uit gaan maar ook wanneer we het ingaan…
Oh, en er blijkt al een stukje in het Leidsch Dagblad te staan van gisteren. Er staan verschillende verkeerde dingen in maar toch…. Als het goed is kan het op het internet teruggelezen worden.
-
26 September 2013 - 17:34
Pa En Ma:
Hoi Lise.
leuk verslag. blij dat we wat hoorde.
vandaag gebeld 26/9 door Maria-oord.
maandag gaat Oma naar Maria-oord.
unit 2 huisje 6.
gr.
Pa en Ma
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley